Het voorkeursrecht als aanjager van houtbouw
R-ladder
R1
R2
Subrechtsgebied
Omgevingsrecht
Invloed
Gemiddeld
Juridische haalbaarheid
Gemiddeld
Wat is het voorkeursrecht?
De overheid kan op een onroerende zaak een voorkeursrecht vestigen: als de eigenaar van die onroerende zaak besluit tot verkoop over te gaan, dan is hij verplicht de zaak eerst aan de overheid aan te bieden. Op deze manier kan de overheid eigenaar worden van stukken grond en die grond onder voorwaarden verhuren en vergunnen. Ook kan de overheid de grond verkopen.
Hoe kunnen voorkeursrechten houtbouw bevorderen?
Voor ontwikkelingen in de fysieke leefomgeving is grond nodig. Speculatie rondom gebiedsontwikkeling leidt vaak tot stijgende grondprijzen. Het vestigen van een voorkeursrecht is een goed middel om de positie van de overheid op de grondmarkt te verstevigen.
Op basis van het voorkeursrecht kan de overheid verouderde gebouwen opkopen. Zo vergroot de overheid de hoeveelheid nieuwe overheidsgronden en waarborgt het dat een eventuele verbouwing en/of nieuwbouw circulair aanbesteed wordt. In de aanbesteding kan de overheid bijvoorbeeld eisen dat er met hout gebouwd of gerenoveerd wordt.
Verder brengt het aankopen van grond de overheid als grondeigenaar in de positie om tenders uit te schrijven, waaraan circulaire eisen verbonden kunnen worden. Zie hierover het instrument over gronduitgifte.
Eisen en beperkingen
Voor het geven van een voorkeursrechtbeschikking is een grondslag vereist. Geldige grondslagen zijn:
- Een omgevingsplan, waarin een nieuwe functie is toegedeeld; of
- Een programma van de gemeente, de provincie of het Rijk, waarin een nieuwe functie is toegedeeld; of
- Een gemeentelijke, provinciale of nationale omgevingsvisie, waarin een nieuwe functie is toegedeeld; of
- De voorkeursrechtbeschikking, waarin een nieuwe functie is toegedeeld.
Daarnaast mag je een voorkeursrecht alleen vestigen op een onroerende zaak die deel uitmaakt van een locatie waaraan een niet-agrarische functie is toegedeeld en waarvan het huidige gebruik afwijkt van de toegedeelde functie.
Juridische toelichting
Volgens artikel 9.1, eerste lid, Omgevingswet kunnen de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, provinciale staten of de gemeenteraad bij voorkeursrechtbeschikking een nationaal, provinciaal of gemeentelijk voorkeursrecht vestigen op een onroerende zaak op basis van de omgevingsvisie.
Rechtsgebied | Publiekrecht>Omgevingsrecht |
Citeertitel | Omgevingswet |
Artikel | 9.1 |
Geldig vanaf | Invalid Date |
Overheidslaag | Nationaal - Provinciaal - Gemeentelijk |